Is de vrouw voor de helft draagplichtig voor in de huwelijksgemeenschap vallende belastingschulden van de man? In cassatie wordt geklaagd dat het hof bij de beantwoording van deze vraag ten onrechte niet de (ruimere) maatstaf van het met ingang van 1 januari 2018 in werking getreden artikel 1:100 lid 2 BW heeft toegepast, doch de voordien geldende, in de rechtspraak ontwikkelde (stringentere) maatstaf. Is moment van ontbinding of moment van verdeling bepalend voor toepasselijkheid van deze bepaling?

Verrekening op grond van niet-nagekomen periodiek verrekenbeding (art. 1:141 BW). Bewijsvermoeden van artikel 1:141 lid 3 BW heeft uitsluitend betrekking op de vraag of het aanwezige vermogen al dan niet gefinancierd is uit hetgeen verrekend had moeten worden. Ten aanzien van de omvang (waarde) van het te verrekenen vermogen op de peildatum gelden de gewone regels voor stelplicht en bewijslast.

Moeder verblijft op Curaçao. Haar kind in Nederland bij een oudtante. Die verzoekt om de voogdij. Er zijn evenwel geen feiten of omstandigheden gebleken waaruit volgt dat de moeder al dan niet tijdelijk in de onmogelijkheid verkeert om het gezag over de minderjarige uit te oefenen. Verzoek wordt afgewezen.

Adoptie. Afwijzing van het verzoek. Geen doorbreking op grond van het EVRM van het vereiste dat de adoptant ten tijde van het verzoek om adoptie minderjarig moet zijn.

Partneralimentatie. Vrouw heeft onvoldoende inspanningen verricht om in eigen levensonderhoud te voorzien. De behoefte van de vrouw is verbleekt. Alimentatie wordt op nihil gesteld per 1 januari 2019 en wordt voorts gelimiteerd per 23 mei 2021.

R.L. e.a./Denemarken

Juridische vader is niet de biologische vader. In de wetenschap dat hij niet de biologische vader kon zijn ondertekende juridische vader een verklaring waarin hij de verantwoordelijkheid voor de kinderen op zich nam. Naderhand willen moeder en juridische vader het juridische vaderschap vernietigen. Belang van de kinderen. Oordeel rechter dat juridisch vaderschap niet zal worden vernietigd. Vereiste van een zorgvuldige belangenafweging. Geen verdragsschending. In afwijkende mening komt belangen kind bij kennis van afstammingsgegevens aan bod.

Echtscheiding. Hoger beroep nevenvoorzieningen inzake kinder- en partneralimentatie, niet inzake de echtscheiding. Partijen bereiken over hun twistpunten overeenstemming. Echtscheiding niet ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. Termijn verstreken. Niet-ontvankelijkheid appel en incidenteel appel.

Nevenvoorziening met betrekking tot de verdeling van de gemeenschap (art. 827 Rv) kan voor het eerst in hoger beroep worden gevraagd. Gemeenschapsschuld. Draagplicht ieder voor de helft.

Echtscheiding in eerste aanleg verkregen op verzoek van de man; in hoger beroep beroept de man zich op nietigheid van het huwelijk wegens polygamie van de vrouw. Hof stelt vragen aan IJI.

Geen gezagsbeëindiging. Moeder heeft ziekte van Huntington. Sprake van een ernstige bedreiging in de ontwikkeling van de minderjarigen, maar niet voldaan aan het tweede vereiste van artikel 1:266 lid 1 BW. Dat is alleen anders als gezamenlijk gezag een ernstige bedreiging zou opleveren voor de ontwikkeling van de minderjarigen. Daarvan in dit geval geen sprake. De rechtbank acht het daarbij van belang dat de positie van de vrouw als ouder met gezag in stand blijft. De rechtbank vreest dat zij anders nog verder naar de achtergrond verdwijnt en bovendien zou er van een gezagsbeëindiging geen goed signaal uitgaan naar de kinderen.