R.V. e.a./Italië

Kinderbeschermingsmaatregelen met tijdelijk karakter duren langer dan tien jaar. Uithuisplaatsing. Moeders verzoek om spoedvoorziening gericht op beëindigen uithuisplaatsing pas na drie jaar behandeld. Een decennium lang slechts één rechtelijke uitspraak waarin rechtmatigheid van de maatregelen werd getoetst. Voorbereiding deskundigenrapporten over ouderschapsvaardigheden duurt te lang. Kinderrechter verlengt beschermingsmaatregel hoewel nog geen deskundig advies beschikbaar. Het bestaan van de ouder-kindrelatie werd in belangrijke mate enkel door tijdsverloop bepaald. Verweer dat kinderen goed gedijen bij de pleegouders wordt verworpen. Schending artikel 8 EVRM.

Gezag van de moeder was niet van rechtswege geschorst (art. 1:253r lid 2 BW). Zij verkeert niet in de onmogelijkheid het gezag uit te oefenen. Gelet op de situatie kan er dan ook geen voogdijmaatregel uitgesproken worden. Veeleer komt naar voren dat sprake is van een ernstige ontwikkelingsdreiging voor de kinderen en dat in verband daarmee aan de moeder het ouderlijk gezag niet (meer) zou moeten toekomen. Die vragen dienen echter in ander wettelijk kader te worden beantwoord.

Kinderalimentatie. Draagkracht. Verdiencapaciteit. Het hof gaat ervan uit dat de man met een gymnasiale schoolopleiding en bachelor fiscaal recht binnen een half jaar een zodanig inkomen kan verwerven dat hij in staat is tot het betalen van een kinderalimentatie van € 150 per maand.

Wet tijdelijk huisverbod. Partner die in het huis achtergebleven is met de kinderen komt op tegen het huisverbod. Besluit wordt vernietigd. Nieuwe feiten en omstandigheden die aanleiding geven om werking van het huisverbod voortijdig te beëindigen. Bestreden besluit heeft negatieve effecten op kinderen en gezinsleven uithuisgeplaatste en verzoekster. Ook sprake van een sterk verminderd gevaar. Verweerder kan niet langer in redelijkheid van zijn bevoegdheid gebruik blijven maken om het huisverbod te laten voortduren.

Verhuizing door moeder zonder toestemming van vader of rechter om te verhuizen. Hoofdverblijfplaats wordt bij de vader bepaald. Moeder kan niet voor het eerst in hoger beroep om vervangende toestemming tot verhuizing vragen.

Ambtshalve beëindiging van het gezag. De Raad voor de Kinderbescherming en de GI hebben verschillende visies over het opvoedperspectief van de minderjarigen. De rechtbank sluit zich aan bij de visie van de GI en beëindigt ambtshalve het gezag van de moeder.

Buitenlands hoogtechnologisch draagmoederschap op grond van draagmoederschapsovereenkomst. Erkenning buitenlandse rechterlijke uitspraak. Aantekening van die uitspraak op de nog op te maken geboorteaktes van de kinderen.

Verzoek om vervangende toestemming om een zwakbegaafde minderjarige van 16 jaar te laten steriliseren wordt afgewezen.

Bijzondere curator in zaken van afstamming (art. 1:212 BW). Deze benoeming geschiedt bij tussenbeslissing waartegen geen hoger beroep openstaat.

Beschermingsbewind. De echtgenoot van rechthebbende is door de kantonrechter ten onrechte niet betrokken in de procedure tot het instellen van bewind en mentorschap. Dat had de kantonrechter niet achterwege mogen laten. Kantonrechter heeft verzoeker (de zoon) tot het bewind over de goederen van zijn moeder tot bewindvoerder en mentor benoemd. Hof vernietigt deze beslissing. Gelet op de complexe familierelatie wordt een onafhankelijke derde tot bewindvoerder benoemd.