Caribische zaak. Nietige erkenningen kunnen op grond van artikel 3:58 BW(C) worden bekrachtigd. Dit is anders indien zo’n bekrachtiging in strijd komt met het belang van het kind. De bescherming die het bezit van staat biedt strekt zich mede uit tot buitenlandse aktes die gebrekkig zijn als gevolg van de nietigheid van de erkenning door een gehuwde man; dit is niet in strijd met de openbare orde.

Het huwelijk van partijen werd na 27 jaar door echtscheiding ontbonden. In het kader van de partneralimentatie kwamen partijen overeen dat de man partneralimentatie aan de vrouw zal voldoen en dat de man geen beroep zal doen op artikel 1:160 BW. De vrouw leefde destijds al samen met een andere man, als ware zij gehuwd. De man wil zijn alimentatieverplichting beëindigen. De rechtbank beëindigt de alimentatieplicht van de man definitief per 1 mei 2014. Gelet op de mate waarin de man destijds bewust is afgeweken van de wettelijke maatstaven is het, naar het oordeel van de rechtbank, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar dat de man nog steeds gehouden wordt aan het feit dat hij afstand heeft gedaan van het beroep op artikel 1:160 BW. Daarbij komt dat het inkomen van de man niet-verwijtbaar aanmerkelijk is gedaald en de vrouw geen inzicht verschaft in haar eigen financiële situatie.

Kinderalimentatie. Het hof oordeelt dat voor het jaar 2015 in de behoefte van het kind geheel wordt voorzien door het kindgebonden budget en de alleenstaande-ouderkop. De alimentatie wordt daarom op nihil gesteld. Dat in de behoefte wordt voorzien uit de algemene middelen en niet door de man als onderhoudsplichtige, doet daaraan niet af. De wetgever heeft bij de Wet hervorming kindregelingen onderkend dat het kindgebonden budget mogelijk behoeftedekkend zou zijn en dat dit van invloed zou kunnen zijn op de onderhoudsverplichting.

Partneralimentatie. Vrouw heeft sinds zij een AOW-uitkering naast aanvullend pensioen ontvangt geen behoefte meer aan alimentatie naar het oordeel van het hof. Vrouw hoeft, ook al heeft zij geen behoefte meer, de na de ingang van de AOW-uitkering nog ontvangen alimentatie, omdat zij die heeft verbruikt, niet terug te betalen.

Verdeling na echtscheiding. Woning is destijds gekocht met door de man geërfd vermogen en op beider naam gezet. Terugbetalingsverplichting ter hoogte van de betaling die de man heeft gedaan. Geen toepassing van beleggingsleer. Jegens bv bedongen stamrecht vormt geen te verevenen pensioen in de zin van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding.

Beperking van de gemeenschap van goederen: initiatiefnemers beantwoorden vragen van de Tweede Kamer.

CDA wil sterker omgangsrecht voor grootouders.

Vernietiging erkenning wegens dwaling. Man heeft ongeboren vrucht erkend in de veronderstelling dat hij de biologische vader was. Na twijfel is DNA-onderzoek verricht waaruit bleek dat hij niet de biologische vader is. Als hij dat had geweten, had hij niet erkend. De dwaling omtrent het biologische vaderschap blijft onweersproken. Het hof oordeelt, ander dan de rechtbank, dat het verzoek aan de vereisten van artikel 1:205 BW voldoet. Het hof oordeelt dat het belang van het kind in dit geval niet bij de beoordeling van het verzoek behoeft te worden betrokken.