Naar boven ↑

Annotatie

I. Curry-Sumner
3 februari 2020

Rechtspraak

Commentaar bij Rechtbank ’s-Gravenhage 11 februari 2013, ECLI:NL:RBDHA:2013:BZ3284

Kan een Franse geboorteakte in Nederland worden erkend als de man die vermeld staat als vader het kind erkend heeft, terwijl de moeder op dat moment nog getrouwd was met iemand anders? Volgens Rechtbank Den Haag is dit mogelijk. Hoewel ik van mening ben dat in deze situatie de vader wel als vader dient te worden ingeschreven, heb ik mijn bedenkingen bij de toepassing van het Nederlandse ipr door de rechtbank in deze kwestie. Het gaat hier om een kind dat tijdens het huwelijk tussen de vrouw en haar man (de belanghebbende) geboren werd. De belanghebbende staat niet vermeld op de geboorteakte en de verzoeker heeft het kind erkend. Na de geboorte van het kind, heeft de belanghebbende een verklaring opgesteld waarin hij verklaart niet de biologische vader van het kind te zijn en hij elke ouderlijke verwantschapsrelatie met de minderjarige ontkent. De verzoeker verlangt inschrijving van de Franse geboorteakte in de Nederlandse registers.

De rechtbank past artikel 10:92 BW toe. Artikel 10:92 BW is echter bedoeld voor situaties waarin het kind in Nederland is geboren (Kamerstukken II 1998/99 26675, nr. 3, p. 7). De artikelen 10:92 tot en met 10:97 BW zijn slechts bedoeld als regels van toepasselijk recht en dienen niet als erkenningsregels te fungeren. De rechtbank heeft dit onderscheid echter niet goed voor ogen gehad. Het rechtsfeit dat geleid heeft tot het opmaken van de geboorteakte in de onderhavige kwestie, is de geboorte van het kind, die in het buitenland plaatsgevonden, namelijk Frankrijk. Om deze reden dient men de regels omtrent de erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse rechtsfeiten, rechtshandelingen en rechterlijke beslissingen te raadplegen. In dit geval dient immers naar de artikelen 10:100 en 10:101 BW te worden gekeken, en niet naar artikel 10:92 BW. Een voorbeeld waar artikel 10:92 BW moet worden toegepast is de zaak van een Franse moeder die bevalt van haar dochter in Nederland tijdens een zomervakantie. De geboorteakte dient in Nederland te worden opgemaakt, maar wel onder verwijzing naar artikel 10:92 BW om vast te stellen welk recht van toepassing is op de afstammingsrelatie.

In de onderhavige zaak dient naar de voorwaarden van artikel 10:101 BW te worden gekeken om vast te stellen of rechtsgevolgen kunnen worden toegekend aan de erkenning door de verzoeker. Op grond van artikel 10:101 lid 1 BW wordt een buitenlandse geboorteakte in Nederland erkend als familierechtelijke betrekkingen zijn vastgesteld welke zijn neergelegd in een door een bevoegde instantie overeenkomstig de plaatselijke voorschriften opgemaakte akte. Aan al deze voorwaarden is in casu voldaan.

Wegens het feit dat in casu er sprake is van een erkenning, dient er tevens naar artikel 10:101 lid 2 BW te worden gekeken. De man in kwestie heeft de Nederlandse nationaliteit en dient derhalve ook bevoegd te zijn naar Nederlands recht. Zoals de rechtbank terecht opmerkt, is er hier geen sprake van een nietigheidsgrond zoals neergelegd in artikel 1:204 BW. De enige optie voor weigering van de erkenning van de Franse geboorteakte ligt derhalve in de vraag of erkenning van deze geboorteakte in strijd zou zijn met de Nederlandse openbare orde. Anders dan in de andere recentelijke afstammingszaak uit Frankrijk (Rechtbank Den Haag 14 september 2009, ECLI:NL:RBSGR:2009:BK1197, JPF 2011/36 m.nt. I. Curry-Sumner), staat de moeder van het kind in deze zaak wel op de geboorteakte vermeld. Er kan mijns inziens geen sprake van een schending van de rechten van het kind omtrent afstammingskennis. Mijns inziens brengt deze vaststelling met zich dat deze geboorteakte in Nederland dient te worden erkend.

Hoewel dezelfde conclusie in deze uitspraak wordt bereikt, is het belangrijk dat in afstammingskwesties duidelijk het onderscheid wordt gemaakt tussen situaties waarin de regels van toepasselijk recht gebruikt dienen te worden (rechtsfeiten etc. die in Nederland plaatsvinden) en de situaties waarin de regels van erkenning en tenuitvoerlegging gebruikt dienen te worden (rechtsfeiten etc. die buiten Nederland plaatsvinden).